Huwelijk, geregistreerd partnerschap en samenlevingscontract
Samenlevingsvormen
Nederland kent verschillende samenlevingsvormen. Zo is er naast het huwelijk ook het geregistreerd partnerschap. Maar “gewoon” samenwonen kan ook; met of zonder samenlevingscontract.
Vaak spelen emotionele motieven een rol bij de keuze voor een bepaalde samenlevingsvorm. De keuze die wordt gemaakt heeft naast fiscale gevolgen ook gevolgen voor het erfrecht en het pensioen. Het is dus van het grootste belang dat wordt stilgestaan bij de consequenties van de gekozen samenlevingsvorm.
1. Huwelijk
Lange tijd was het huwelijk de enige samenlevingsvorm die wettelijk geregeld was. In de wet is dan ook veel geregeld voor diegenen die gehuwd zijn, zoals het ontstaan van de wettelijke (beperkte) gemeenschap van goederen. Let op! De vroegere algehele gemeenschap van goederen is niet meer het wettelijke stelsel.
De wet verbindt aan het huwelijk ook gevolgen op het gebied van belastingen, het erfrecht en pensioenen. Als je van deze algemene regels wil afwijken, dient dit te gebeuren door middel van huwelijkse voorwaarden en/of testament bij de notaris.
2. Geregistreerd partnerschap
Voor deze samenlevingsvorm gelden praktisch dezelfde wettelijke bepalingen als voor gehuwde partners. Zoals ook de wettelijke (beperkte) gemeenschap van goederen. En ook hier geldt dat men van deze algemene regels kan afwijken door middel van partnerschapsvoorwaarden en/of testament bij de notaris.
Geregistreerd partnerschap is bijna hetzelfde als huwelijk
Trouwen en een geregistreerd partnerschap zijn dus samenlevingsvormen die veel op elkaar lijken. Er is een aantal verschillen tussen het huwelijk en het geregistreerd partnerschap:
Een geregistreerd partnerschap wordt niet in ieder buitenland erkend.
Een geregistreerd partnerschap kan, als u geen minderjarige kinderen heeft, buiten de rechter om eindigen. Voor het beëindigen van een huwelijk moet u altijd naar de rechter. Het geregistreerd partnerschap kent geen scheiding van tafel en bed.
3. Samenwonen zonder contract
Voor "gewoon" samenwonen is in de wet niets of nauwelijks iets geregeld. Met name op het gebied van erfrecht kan dat ingrijpend zijn. Samenwoners erven niet automatisch van elkaar; ook niet als je al geruime tijd (langer dan 5 jaar) met elkaar samenwoont en/of samen kinderen hebt. Samenwonen zonder contract is de meest vrijblijvende manier van samenleven. Voor sommige mensen is dat juist prettig, maar men dient zich wel te realiseren dat dan wettelijk echt niets geregeld is. Bij overlijden van één van de partners gaat bijvoorbeeld het (aandeel in het) huis naar de familie van de overledene en niet naar de overgebleven partner. Ook is er voor de langstlevende partner vaak geen recht op nabestaandenpensioen.
4. Samenwonen met notarieel samenlevingscontract
Samenwonen met contract biedt vele voordelen.
Alleen samenwoners met een notarieel contract kunnen voorkomen dat bij overlijden van een van hen de -al dan niet gezamenlijke kinderen- hun kindsdeel (erfdeel) kunnen opeisen gedurende het leven van de langstlevende. Voorts kunnen zij elkaar aanwijzen als rechthebbende op het nabestaandenpensioen. De meeste pensioenfondsen erkennen een partner bij het nabestaandenpensioen alleen als er een notarieel samenlevingscontract is.
In een samenlevingscontract kan een verblijvensbeding worden opgenomen waarmee bijvoorbeeld de gezamenlijke inboedel en woning toevalt aan de langstlevende der partners.
Maar pas op: ook als er een samenlevingscontract met verblijvensbeding is, erven samenwonenden nog steeds niet automatisch alles van elkaar. Daarvoor is een door de notaris opgemaakt testament een vereiste. Als je een half jaar samenwoont met contract is de vrijstelling voor erfbelasting van toepassing.
Volgende keer meer !